woensdag 27 februari 2019

Αναγνώσματα + 02.03.2019 + Lezingen


Ελληνικά: απόστολος (Α' Θεσσ δ' 13-17) και Ευαγγέλιον (Λουκ κα' 8-9,25-27,33-36)
Nederlands:  apostel (1 Thes 4:13-17) en Evangelielezing (Lk 21:8-9,25-27,33-36)


Πρὸς Θεσσαλονικεῖς Α' Ἐπιστολῆς Παύλου (δ' 13-17) τὸ Ἀνάγνωσμα:

Ἀδελφοί, οὐ θέλω ὑμᾶς ἀγνοεῖν περὶ τῶν κεκοιμημένων, ἵνα μή λυπῆσθε καθώς καὶ οἱ λοιποὶ οἱ μὴ ἔχοντες ἐλπίδα. Εἰ γὰρ πιστεύομεν ὅτι Ἰησοῦς ἀπέθανε καὶ ἀνέστη, οὕτω καὶ ὁ Θεός τοὺς κοιμηθέντας διὰ τοῦ Ἰησοῦ ἄξει σὺν αὐτῷ. Τοῦτο γὰρ ὑμῖν λέγομεν ἐν λόγῳ Κυρίου, ὅτι ἡμεῖς οἱ ζῶντες, οἱ περιλειπόμενοι εἰς τὴν παρουσίαν τοῦ Κυρίου, οὐ μὴ φθάσωμεν τοὺς κοιμηθέντας, ὅτι αὐτὸς ὁ Κύριος, ἐν κελεύσματι, ἐν φωνῇ ἀρχαγγέλου καὶ ἐν σάλπιγγι Θεοῦ, καταβήσεται ἀπ’ οὐρανοῦ καὶ οἱ νεκροὶ ἐν Χριστῷ ἀναστήσονται πρῶτον, ἔπειτα ἡμεῖς οἱ ζῶντες οἱ περιλειπόμενοι, ἅμα σὺν αὐτοῖς ἁρπαγησόμεθα ἐν νεφέλαις εἰς ἀπάντησιν τοῦ Κυρίου εἰς ἀέρα, καὶ οὕτω πάντοτε σὺν Κυρίῳ ἐσόμεθα.

Lezing uit de Eerste brief van Paulus aan de Thessalonicenzen (1 Thes 4:13-17):
Broeders, ik wil niet, dat gij onwetend zijt ten aanzien van hen die ontslapen zijn, opdat gij niet bedroefd zijt zoals de anderen, die geen hoop hebben. Want zoals wij geloven dat Jezus is gestorven en opgestaan, zo zal God op dezelfde wijze hen die in Jezus ontslapen zijn, tot Jezus leiden. Want dit zeggen wij u met een woord van de Heer, dat wij, die in leven blijven tot de komst van de Heer, de ontslapenen in geen geval zullen voorgaan. Want de Heer Zelf zal op het teken, bij het geroep van een aartsengel en bij de klank van Gods bazuin neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen het eerst opstaan. Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, weggevoerd worden op de wolken in de lucht de Heer tegemoet, en zo zullen wij altijd bij de Heer zijn. 

Ἐκ τοῦ Κατὰ Λουκᾶν κα' 8-9, 25-27, 33-36 Εὐαγγελίου τὸ Ἀνάγνωσμα:
Εἶπεν ὁ Κύριος· Βλέπετε μὴ πλανηθῆτε· πολλοὶ γὰρ ἐλεύσονται ἐπὶ τῷ ὀνόματί μου λέγοντες ὅτι ἐγώ εἰμι καὶ ὁ καιρὸς ἤγγικε. μὴ οὖν πορευθῆτε ὀπίσω αὐτῶν. ὅταν δὲ ἀκούσητε πολέμους καὶ ἀκαταστασίας, μὴ πτοηθῆτε· δεῖ γὰρ ταῦτα γενέσθαι πρῶτον, ἀλλ᾿ οὐκ εὐθέως τὸ τέλος. Καὶ ἔσται σημεῖα ἐν ἡλίῳ καὶ σελήνῃ καὶ ἄστροις, καὶ ἐπὶ τῆς γῆς συνοχὴ ἐθνῶν ἐν ἀπορίᾳ ἠχούσης θαλάσσης καὶ σάλου, ἀποψυχόντων ἀνθρώπων ἀπὸ φόβου καὶ προσδοκίας τῶν ἐπερχομένων τῇ οἰκουμένῃ· αἱ γὰρ δυνάμεις τῶν οὐρανῶν σαλευθήσονται. καὶ τότε ὄψονται τὸν υἱὸν τοῦ ἀνθρώπου ἐρχόμενον ἐν νεφέλῃ μετὰ δυνάμεως καὶ δόξης πολλῆς. ὁ οὐρανὸς καὶ ἡ γῆ παρελεύσονται, οἱ δὲ λόγοι μου οὐ μὴ παρέλθωσι. Προσέχετε δὲ ἑαυτοῖς μήποτε βαρηθῶσιν ὑμῶν αἱ καρδίαι ἐν κραιπάλῃ καὶ μέθῃ καὶ μερίμναις βιοτικαῖς, καὶ αἰφνίδιος ἐφ᾿ ὑμᾶς ἐπιστῇ ἡ ἡμέρα ἐκείνη· ὡς παγὶς γὰρ ἐπελεύσεται ἐπὶ πάντας τοὺς καθημένους ἐπὶ πρόσωπον πάσης τῆς γῆς. ἀγρυπνεῖτε οὖν ἐν παντὶ καιρῷ δεόμενοι ἵνα καταξιωθῆτε ἐκφυγεῖν πάντα τὰ μέλλοντα γίνεσθαι καὶ σταθῆναι ἔμπροσθεν τοῦ υἱοῦ τοῦ ἀνθρώπου.


Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Lukas (21:8-9, 25-27, 33-36):
De Heer zei tegen de Joden die tot Hem gekomen waren: ‘Amen, amen, Ik verzeker u: Wie naar Mijn woord hoort en in Hem gelooft, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven en hij komt niet in het oordeel, maar is vanuit de dood overgegaan naar het leven. Amen, amen, Ik verzeker u: Het uur komt en is nu aangebroken, dat de doden de stem van de Zoon van God zullen horen, en dat wie ernaar luisteren, zullen leven. Want zoals de Vader leven heeft in Zichzelf, zo heeft Hij ook de Zoon gegeven leven in Zichzelf te hebben. En Hij heeft Hem gezag gegeven om ook gericht te houden, omdat Hij de Mensenzoon is. Verwonder u daar niet over; want het uur komt, dat allen die in de graven zijn, Zijn stem zullen horen en zullen uitgaan; die het goede gedaan hebben, tot de opstanding ten leven, die het kwade gedaan hebben, tot de opstanding ten oordeel. Ik kan uit Mijzelf niets doen. Ik oordeel zoals Ik hoor, en Mijn oordeel is rechtvaardig, want Ik zoek niet Mijn wil, maar de wil van de Vader, Die Mij gezonden heeft.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten